Tips voor het gebruik van Luikse wafeldeeg

Het Luikse wafeldeeg moet vóór het bakken tot een bal worden gevormd. Nadat het deeg is bereid, wordt elk stuk wafeldeeg verdeeld, gewogen en vervolgens gevormd (in de vorm van een bal) alvorens te rijzen (of te rijzen).

Nadat u uw wafeldeegstukjes hebt gevormd, kunt u ze op verschillende manieren gebruiken. Ze kunnen worden gebakken (na het rijzen), bewaard in de koelkast of zelfs in de vriezer (vóór het rijzen). Hier volgen enkele gedetailleerde tips.

Het vormen van het wafeldeeg

Wanneer u het Luikse wafeldeeg hebt bereid, moet u het deeg in verschillende stukken verdelen en afwegen (70-80-…-120g). Na het verdelen, rolt en balt u uw deegstukken om mooi wafeldeeg te bekomen.

Voor een snellere verdeling is de deegverdeler een handig hulpmiddel om het deeg snel en homogeen te verdelen.

Luikse wafeldeeg (voor het rijzen)

Bewijzen

Het rijzen is een belangrijk proces dat een paar uur voor het bakken plaatsvindt. Het zorgt ervoor dat de wafel goed luchtig, licht verteerbaar en smakelijk is.

Leg het wafeldeeg vóór het rijzen op een geschikte bakplaat met voldoende ruimte om het in omvang te verdubbelen.
Indien een rijskast wordt gebruikt, moet deze gedurende 1 uur gisten bij een temperatuur van ongeveer 29°C en 85% R.V.

Wanneer de deegstukken in omvang verdubbeld zijn, bak ze dan snel af (max. 1u-2u).
Het is belangrijk dat u niet te lang wacht om de voordelen van het gisten niet te verliezen. Bovendien zouden de deegstukken zeer nat zijn en plat worden.

Behoud

Idealiter bakt u het zojuist bereide deeg direct. Maar als u toch een deel van de productie wilt opslaan, is dat mogelijk.

Leg de deegstukken vóór de gisting in de koelkast bij een temperatuur van 0 tot 2°C (maximaal 24 uur). Let ook op de hydrometrie. Gedurende deze tijd schorst de kou de gistingseigenschappen.

Zodra je de deegstukken nodig hebt, haal je ze eruit en laat je ze geleidelijk op temperatuur komen. Doe ze niet direct in een gistkamer bij 29°C.
Ga dan verder met het fermenteren van de deegstukken.

Zorg ervoor dat je je deegballetjes bedekt met plastic folie om ze te beschermen. Dit voorkomt dat ze uitdrogen en een dunne korst vormen.

Invriezen

Wanneer u klaar bent met de bereiding van uw deeg, moet u het, vóór het rijzen, in de diepvriezer leggen bij ongeveer -18°C.

Hiervoor hebt u een speciale gist nodig die geschikt is om in te vriezen. Een bakkerij-leverancier kan u helpen de juiste gist te kiezen.

Bij een deegfabrikant varieert de houdbaarheid bij invriezen, maar meestal is dat +- 12 maanden.

Ontdooien

Plaats het wafeldeeg in de rijskast. Bak ze vervolgens, wanneer ze klaar zijn met rijzen, snel af om de gistingseigenschappen niet te verliezen.

Houd ze in de gaten om te zien wanneer ze voldoende gerezen zijn. Het midden van het deeg moet voor het bakken ontdooid zijn.

Wafels opnieuw opwarmen

Als u wafels hebt gebakken, kunnen ze nog steeds worden opgewarmd in het wafelijzer. Verwarm ze in uw wafelijzer gedurende 15 tot 30 seconden op 80°C-100°C. Voel je vrij om te experimenteren om te zien wat je het lekkerst vindt!

Deze werkwijze is handig als je veel klanten tegelijk hebt, want het verkort de serveertijd. Merk op dat de knapperigheid minder zal zijn dan met vers deeg.

Enkele manieren om wafels te serveren

Er zijn geen regels voor het serveren van een wafel.
In België worden ze meestal warm of heet gegeten, maar ze kunnen ook koud worden gegeten. Het hangt van uw smaak af.
Maar warm, net na het koken, is het moment waarop je de meeste smaak hebt, dankzij de knapperigheid van de karamel en de parelsuiker.

Geniet van uw wafels !