Vruchtenwafel

Ingrediënten

Stap 1

Een compote bereiden met kleine stukjes vruchten (kers, perzik, … naar smaak). Deze compote mengen met het aardappelzetmeel om een consistent vruchtenpasta te verkrijgen.
Stap 2

Het meel in een schotel gieten, het zout en de suiker erdoor mengen, een kuiltje maken.
Stap 3

De in lauwwarm water aangelengde gist toevoegen. Het geheel kneden en daarbij de griessuiker, de 2 hele eieren, de zachte, maar niet gesmolten boter erdoor mengen en zout, kaneel of vanille toevoegen. Een droog en licht deeg maken.
Stap 4

Het deeg ongeveer 45 minuten laten rijzen.
Stap 5

Het deeg verdelen in rechthoekige stukken (90 tot 100 g.) en ze uitrollen om ze ongeveer de afmetingen te geven van 2 wafels. Op één helft de vruchten schikken en bestrooien met suiker en kaneel. De randen instrijken met ei, de bovenkant dichtvouwen en de randen aaneenplakken door ze rondom aan te drukken. Zorg dat ze hermetisch afgesloten zijn.
Stap 6

Niet meerdere wafels tegelijk maken. De wafels bakken en ondertussen de twee volgende voorbereiden. Steeds zo te werk gaan om te voorkomen dat de vruchten het deeg vochtig maken.